14 November 2023

Knowledge item

Interpersoonlijke relaties in het onderwijs

Als docent is het waardevol om vertrouwd te zijn met het interpersoonlijke perspectief op docent-student relaties. Dit perspectief, ontwikkeld door Theo Wubbels aan de Universiteit Utrecht, is gericht op het bestuderen van relaties tussen mensen en de wederzijdse beïnvloeding die plaatsvindt tijdens interacties.

Dimensies

Een centraal principe van het interpersoonlijk perspectief is het bestaan van twee interpersoonlijke dimensies. Deze dimensies karakteriseren het gedrag van een persoon in interactie met anderen. In de context van het onderwijs worden deze dimensies vaak aangeduid als Invloed en Nabijheid. Invloed (Agency) verwijst naar de mate waarin iemand assertief en sturend is, terwijl Nabijheid (Affiliation of Proximity) verwijst naar de mate waarin iemand betrokkenheid en nabijheid toont.

Interpersoonlijke cirkel

Om het gedrag te kunnen visualiseren aan de hand van de twee interpersoonlijke dimensies Invloed en Nabijheid, is een cirkel een geschikt model. In de interpersoonlijke cirkel worden acht woorden weergegeven die het gedrag beschrijven dat een docent in interacties kan vertonen. Elk woord op de cirkel vertegenwoordigt een bepaalde combinatie van Invloed en Nabijheid. De interpersoonlijke cirkel fungeert niet alleen als een model om woorden interpersoonlijk te positioneren, maar ook als een handig hulpmiddel om het gedrag van docenten te analyseren en te begrijpen. Het stelt docenten in staat om bewust keuzes te maken in hun interpersoonlijke gedrag en hun interacties met studenten te verbeteren.

Complementariteit

Een ander belangrijk principe binnen de Interpersoonlijke Theorie is complementariteit. Volgens dit principe wordt ons gedrag in interactie beïnvloed door het gedrag van de persoon waarmee we communiceren. Nabij gedrag (aan de rechterkant van de cirkel) nodigt wederkerig nabij gedrag uit (ook aan de rechterkant van de cirkel), terwijl invloedrijk gedrag (aan de bovenkant van de cirkel) volgend gedrag uitlokt (aan de onderkant van de cirkel). Dit betekent dat als docenten vriendelijk en begripvol zijn, studenten waarschijnlijk vriendelijk zullen reageren. Het is belangrijk op te merken dat complementair reageren niet altijd de beste strategie is. Soms is acomplementair reageren juist verstandig. Een student die boos is, kun je beter begripvol benaderen dan confronterend. De student zal dan eerder geneigd zijn om meer nabij gedrag terug te vertonen. Het is dus belangrijk om na te denken wat jouw gedrag met het gedrag van de student doet. Op deze manier handel je vanuit een professionele houding.

Vragenlijst interpersoonlijk leraarsgedrag (VIL)

Om interpersoonlijk leraarsgedrag te meten en te analyseren, wordt de Vragenlijst Interpersoonlijk Leraarsgedrag (VIL) (login vereist) gebruikt. Deze vragenlijst is een instrument dat is ontwikkeld om inzicht te krijgen in de docent-student interacties. Het helpt bij het identificeren van de mate van Invloed en Nabijheid die docenten tonen in hun interacties met studenten. Door middel van de vragenlijst kunnen docenten een beter begrip krijgen van hun eigen interpersoonlijk gedrag en mogelijke verbeterpunten ontdekken.

Wil je meer weten over interpersoonlijke relaties? Hier vind je wat extra achtergrond informatie. Heb je al een keer de VIL door studenten laten invullen? Er wordt een e-module ontwikkeld waarmee je leert reflecteren op jouw VIL resultaten. Deze e-module (login vereist) is vanaf januari beschikbaar.

You are free to share and adapt, if you give appropriate credit and use it non-commercially. More on Creative Commons

 

Are you looking for funding to innovate your education? Check our funding calender!