Zwerfkatten in Nederland: een maatschappelijk probleem
In dit CEL- project hebben studenten Diergeneeskunde (DGK) bijgedragen aan het terugbrengen van zwerfkattenkolonies in Nederland en het bewaken van de gezondheid en het welzijn van zwerfkatten. DGK-studenten doen belangrijke vaardigheden op als het anestheseren en operatief neutraliseren van zwerfkatten. In het project werkten zij samen met MBO-4 studenten paraveterinair (paravets). Dit is een goede voorbereiding op hun toekomstige werk in de dierenartspraktijk.
Achtergrond
In Nederland leven zo’n 200.000 katten op straat, in natuurgebieden, op campings en recreatieparken, boerenbedrijven en industrieterreinen. Zonder neutralisaties (sterilisaties/castraties) groeien deze populaties ongebreideld met gevolgen als voedseltekort, gevechten, verwondingen, ziektes en overlast voor de mens. Diverse wetenschappelijke onderzoeken tonen aan dat dit probleem alleen kan worden opgelost met de zogenoemde TNRC (Track/Trap, Neuter, Release, Care) methodiek waarbij verwilderde dieren worden geneutraliseerd en teruggeplaatst.
De Stichting Zwerfkatten Nederland (SZN; een partner) heeft tot doel om het aantal zwerfkattenkolonies terug te brengen tot 0. Hiertoe past de SZN de TNRC methode toe op 1000 katten per jaar. Door deelname aan deze taak dragen DGK-studenten bij aan het terugdringen van een maatschappelijk probleem. Daarnaast werken zij in een relatief autonome setting samen met een dierenarts en paravets. Aeres (een partner) stimuleert ook dat paravets in een vroeg stadium met DGK-studenten samenwerken.
Om de stress voor de verwilderde katten zoveel mogelijk te voorkomen, wordt geopereerd op locatie, in een mobiele operatiebus: Katopia.
Project
In het project gaan DGK-masterstudenten en paravets samen zwerfkatten vangen, opereren en uitzetten onder inhoudelijke supervisie van een dierenarts van SZN. Zij werken samen in een interprofessionele setting (competentie ‘samenwerken’) en doen anesthetische en chirurgische vaardigheden op (competentie ‘veterinaire expertise’).
Resultaten
Er hebben 20 DGK studenten deelgenomen. Met hun hulp zijn er 100 zwerfkatten geneutraliseerd. DGK-studenten gaven aan dat ze hun persoonlijke en door ons gestelde leerdoelen grotendeels bereikten. Ze kregen meer inzicht in de zwerfkattenproblematiek en leerden SZN goed kennen.
Helaas lukte het beperkt om DGK-studenten en paravets tegelijk aan neutralisatieacties te laten werken. Dit komt door roostertechnische redenen: de vang- en castreeracties worden vaak ad-hoc op diverse locaties in het land gepland, wat voor paravets een belemmering was.
SZN was zeer blij met de inzet van DGK-studenten. Een kritische noot was dat een relatief kort deel van de 2 keuzeweken besteed werd aan het opereren. DGK-studenten hadden gehoopt meer zelf te doen. Dit is besproken met de dierenarts van SZN. Zij vond het lastig om de verantwoordelijkheid voor de patiënten te delen.
De samenwerking met zowel SZN als Aeres verliep goed en deze zal gecontinueerd worden. DGK-studenten geven aan dat de inhoud voor 2 weken te weinig is. Als het aantal operaties per week niet stijgt is 1 week voldoende. SZN vindt het echter fijner om 2 weken met studenten samen te werken. Voor de toekomst blijft de intentie vanuit Aeres en de faculteit er om paravets en DGK-studenten tijdens de opleiding samen te brengen.
Reflecties
- Het weinig flexibele rooster van de paravets beperkte de samenwerking. Het reizen naar locaties in Nederland bleek voor paravets een Dat hadden wij niet ingeschat. Voor DGK-studenten is dat gemakkelijker omdat zij veel invloed hebben op de eigen planning.
- Het animo van DGK-studenten was minder dan verwacht. Zij ambiëren cursussen waarin ze intensiever werken aan klinische vaardigheden. Zo beoordeelden zij het onderdeel ‘katten vangen’ als erg leerzaam voor 1 dag (zowel het proces als netwerken met vrijwilligers) maar niet langer. Inhoudelijke versterking van de keuzeweek door inzet van een klinisch docent is een waardevolle toevoeging. Echter, dat is een uitdaging door gebrek aan financiering en mankracht.
- Een advies zou zijn om te bedenken dat logistieke zaken (flexibiliteit van roosters, reiskostenvergoeding en afhankelijkheid van doceercapaciteiten ter plekke) belangrijk zijn.