Select-UU: Een impuls voor de selectiepraktijk

24 December 2021

Educational project

Select-UU: Een impuls voor de selectiepraktijk

Het implementatieproject bouwt voort op de opbrengsten en de succesvolle samenwerking tussen de twaalf selectieve UU-bacheloropleidingen van het vorige project Select-UU: een impuls voor de selectiepraktijk. Het doel van dit implementatieproject is de huidige aanpak, zoals nu toegepast in bacheloropleidingen, te implementeren in de masterfase. Ook wordt er verder gewerkt aan structurele inbedding van de evaluatie van selectieprocedures.

Achtergrond

Goede en valide selectie is van groot belang om studenten binnen een passende opleiding te krijgen en om bias te voorkomen. Het project Select-UU heeft zich op dat vlak bewezen. Het USO project Select-UU: een impuls voor de selectiepraktijk is in september 2018 gestart met als doel het verbeteren en versterken van selectieprocedures binnen de UU (en daarbuiten). Dit project heeft er toe geleid dat de UU een leidende rol is gaan spelen op het gebied van selectie in het hoger onderwijs. 

Dat een succesvol project een implementatieproject nodig heeft, is (1) omdat het project alleen gericht was op bacheloropleidingen, (2) de gestructureerde evaluatie van selectieprocedures van groot belang blijft, en (3) de gesprekken tijdens de terugkoppeling van evaluaties over de studentdiversiteit nog vragen oplevert over de mogelijkheden van contextual admission.

Omdat in de masterfase selectie opnieuw een grote rol speelt, ook in het licht van hbo instroom en wisselstromen, onderschrijft het REBO-faculteitsbestuur het belang van deze implementatie. Het bestuur ondersteunt dat meer aandacht voor de context van presteren kan bijdragen aan een verdere versterking van gelijkwaardige en diverse instroom bij selectieve opleidingen. Het implementatieproject is hiermee van waarde voor de realisatie van universitaire en facultaire doelstellingen m.b.t. diversiteit van studenten. 

Projectbeschrijving

In het project wordt theoretisch en op basis van bestaande gegevens onderzoek gedaan naar te verwachten effecten voor specifieke opleidingen en wordt met alle deelnemende opleidingen in een gesprek gezocht naar hoe zij deze elementen al dan niet een rol kunnen laten spelen in de selectieprocedure. Aan het einde van het project hebben alle deelnemende opleidingen deze afweging op basis van een zo compleet mogelijk overzicht van bestaande en nieuwe kennis kunnen maken, en wordt die mogelijkheid ook voor andere opleidingen zo toegankelijk mogelijk ontsloten.

In het implementatieproject blijven de vertegenwoordigers van alle betrokken opleidingen een belangrijke rol spelen. Zij sturen het project, net zoals nu, en blijven kennis uitwisselen. We brengen het project terug tot de kern, namelijk de evaluaties per opleiding volgens nieuw ontwikkelde uitgangspunten. Ondersteuning wordt verzorgd door student-assistenten die zorgen voor data verzamelen, -preparatie en analyses. De projectleider is verantwoordelijk voor het onderhouden van het contact met alle opleidingen, het evaluatiekader, de gesprekken met opleidingen over de duiding en gevolgen van de resultaten en de kwaliteit van de evaluaties. 

Doel

Het doel van het implementatieproject is de huidige aanpak, zoals nu toegepast in bacheloropleidingen, te implementeren in de masterfase. Dit is waardevol, omdat juist hier vaardigheden als analytisch denken en communicatie een steeds grotere rol spelen. Dit project zal daarom nieuwe handvatten voor selectie op deze vaardigheden en in deze specifieke studiefase opleveren. De lessen die daaruit ontstaan, zijn voor alle UU-masterprogramma’s van belang.

Verder wordt binnen het implementatieproject verder gewerkt aan structurele inbedding van de evaluatie van selectieprocedures, ook voor na het project, en wordt er gekeken naar hoe de context waarin kandidaten presteren in een selectieprocedure kan worden meegenomen om daarmee bias in selectieprocedures verder te verminderen.

Behaalde resultaten

Omdat het originele project en het implementatieproject sterk in elkaars verlengde liggen gaat deze rapportage over beide. Binnen het project hebben we uiteindelijk voor alle selecterende bacheloropleidingen, en voor selecterende masteropleidingen bij alle faculteiten een bijdrage kunnen leveren. Soms (bijvoorbeeld omdat de selectie gedurende het project werd afgeschaft) was dat alleen in de vorm van een gesprek over het vormgeven en verantwoordbaar maken van de procedure, in verreweg de meeste gevallen is de selectieprocedure binnen het project uitgebreid geëvalueerd door een ‘aligned’ link tussen de uitkomst van selectie-instrumenten en de resultaten binnen de opleiding. De resultaten van die analyses zijn in rapporten per jaar samengevat, en besproken met de verantwoordelijken voor de selectieprocedure. Voor de masteropleidingen loopt dat nog in het huidige collegejaar en werken we voor de meeste opleidingen nu toe naar een rapportage. Deze rapportages en gesprekken hebben bij alle opleidingen aanleiding gegeven tot nieuwe reflectie (zowel over de selectie als over de toetsing in de opleiding zelf), en in verschillende gevallen hebben die reflecties geleidt tot aanpassingen in de selectieprocedure. Met verschillende opleidingen zijn we ook expliciet betrokken geweest bij het verder ontwikkelen van nieuwe instrumenten, hoewel die ontwikkeling niet altijd heeft geleid tot daadwerkelijke implementatie van die instrumenten.

Daarnaast is de kennis over selectie binnen de UU en binnen Nederland verder uitgebreid. De SIG Expertise in Admissions heeft de afgelopen jaren erg goed en breed bezochte bijeenkomsten georganiseerd over een breed palet aan thema’s, ook verbonden met de evaluaties binnen Select-UU. De SIG wordt door de onderwijsinspectie omschreven als best practice. Daarnaast werken we vanuit het project samen met UNL om landelijke bijeenkomsten te organiseren, die in diverse Kamerbrieven en rapporten als belangrijk instrument voor het verbeteren van de selectiepraktijk worden genoemd. De beschikbare expertise, die ook in deze netwerken en bijeenkomsten expliciet gedeeld wordt, is ook uitgebreid door het organiseren van drie studiereizen voor onderzoekers, practitioners en beleidsmakers (o.a. ook vanuit OCW en UNL) naar de VS, het VK en Scandinavië.

In mei zullen we daarnaast het Handboek Selectie Hoger Onderwijs presenteren en naar verwachting aan de minister overhandigen. In dat boek vatten we de kennis die het project heeft opgeleverd, gecombineerd met de beschikbare wetenschappelijke inzichten en praktijkinzichten vanuit andere instellingen samen. Het handboek is gericht op mensen bij opleidingen die een selectieprocedure vormgeven, en hoe ze dat evidence-informed kunnen doen. Daarbij is zowel aandacht voor het proces van analyse tot evaluatie, als voor de mogelijke selectie-instrumenten die ze kunnen gebruiken. In het bijzonder is daarbij ook aandacht voor potentiële bias in proces en instrumenten.

Daarnaast heeft het implementatie project geleid tot een concreet vervolg dat gesubsidieerd wordt vanuit het NRO. De evaluaties en rapportages die in het project zijn uitgevoerd zijn de input om een tool te ontwerpen die opleidingen zelf kunnen gebruiken om hun selectieprocedure te evalueren en waaruit een rapportage komt dat ook gelinkt is aan de inzichten in het handboek. De komende maanden werken we nog aan het pakket aan eisen dat uiteindelijk in een aanbesteding terecht zal komen om deze tool te laten ontwikkelen.

 

Print

You are free to share and adapt, if you give appropriate credit and use it non-commercially. More on Creative Commons

 

Are you looking for funding to innovate your education? Check our funding calender!